AD Columns » Lievelingsvakantieland![]() Lieve Hugo, Al jaren is België mijn lievelingsvakantieland. Waarom weet ik eigenlijk niet, maar als ik er een half jaar niet ben geweest mis ik het al. Soms kan ik uit het niets ultiem verlangen naar een broodje smos. Dat is een stuk stokbrood belegd met groenten, stukjes ei en mayonaise. Ik at dit broodje voor het eerst op de boekenbeurs in Antwerpen, tegenover een signeersessie van de Vlaamse acteur Koen Crucke. Wellicht ten overvloede: hij speelt in Samson & Gert de rol van Alberto, de operazingende kapper die om de haverklap overal binnen komt zeilen. Toen er even niemand in de rij voor een boek stond, maakte hij een klein praatje met mij. ,,Weet je hoe dat broodje aan zijn naam komt? ‘Smossen’ betekent in het Vlaams knoeien. Ze doen zoveel beleg op dat broodje, dat je automatisch gaat knoeien.” Nou Hugo, ik moest bijna huilen van geluk. Een acteur van Samson & Gert had iets tegen mij gezegd. Dat was natuurlijk veel exotischer dan één of andere BN-er. En het klopte ook nog wat Crucke zei, want ik zat met twee servetten de mayonaise van mijn broek te vegen. Als kind keek ik naar alle producties van Studio100, wat mijn ideeën over het land sterk beïnvloedde. Zo heb ik tijden gedacht dat volwassenen in België ook gewoon naar school moesten. Dat kwam waarschijnlijk door een aflevering waarin een volwassene een broodtrommel voor zichzelf stond klaar te maken. Zoiets kan dan jaren je beeldvorming bepalen. Aan het eind van mijn studie politicologie leek het me een uitdaging om me te verdiepen in Belgische politiek. Maandenlang las ik allerlei partijprogramma’s, statuten en krantenknipsels. Na een half jaar snapte ik er nog minder van dan toen ik begon. Gelukkig maakte dat niet uit, want mijn scriptiebegeleider begreep er al helemaal niks van. Volgend jaar, in augustus 2014, is het honderd jaar geleden dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Het klinkt gek om te zeggen, maar daar verheug ik me nou echt op. In België zijn er dan non-stop lezingen en herdenkingen. Reden genoeg om er vaak heen te gaan. Maar deze zomer wil ik ook. Een ijsje halen in Oostende, koningin der badsteden, kamperen in de Ardennen of misschien een keer feesten in Brussel. Wat deed jij eigenlijk vorige week in Gent? Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Het ongeluk van Daffie en haar coma hakken er diep in. Ben er eventjes tussenuit geknepen. Heb van het weekend mijn intrek genomen in de presidentiële suite van het Sandton Hotel Reylof in Gent, ben vier kerken binnen gegaan en heb een toneelstuk bekeken – én wat voor een, Iris. Qua theater ben ik een cultuurbarbaar. Komt mede omdat ik zo claustrofobisch als de pest ben. Ik wil alleen aan de zijkant zitten. Wel, Luk Perceval, de regisseur van Platonov, een stuk van Tsjechov, had kaarten aan de zijkant voor mij gereserveerd. Er was geen weg meer terug. Iris, Platonov was een eyeopener. Vanavond speelt het gezelschap NT Gent dit stuk in de Stadssschouwburg in Amsterdam. Ga er naartoe! Het is geweldig. Melancholie verzekerd natuurlijk in zo’n typisch Russisch stuk waarin de liefde – in al zijn vormen – centraal staat. Eenzaamheid, verlangen, erotiek, het menselijk tekort, alles zit erin. De acteurs staan heel de voorstelling met hun gezichten richting de zaal. Het zal vast geen primeur zijn maar deze keuze werkt. Zó,frontaal dus, laten de acteurs je anderhalf uur niet meer los. Ik verloor me (kippenvel) in de zang van de Duitser Jens Thomas die met zijn gouden strot al improviserend de boel ophitst, dramatiseert, schmiert, vertedert, hoog en laag, waarbij je onwillekeurig even moet denken aan die ene elpee van je vader, Iris. Ken je Pink Floyds The Dark Side Of The Moon?, en dan in het bijzonder het nummer The Great Gig In The Sky als zangeres Clare Torry helemaal losgaat. Jens Thomas lijkt qua zang in de verte ook op travestiet Antony Hegarty van Antony & The Johnsons. Het resultaat van zijn muzikale (plus piano) begeleiding werkt vervreemdend, is waanzinnig. Beloof me te gaan, Iris. Ik heb me voorgenomen voortaan één keer per jaar Gent te bezoeken. De mensen zijn er voorkomend. Ik was bij aankomst finaal verdwaald. Toen is een Gentenaar mij voorrijdend op zijn scooter naar het hotel gaan brengen, een ritje van een kwartier. Kom daar nog eens om. Hartelijks, Hugo |
||||
|