AD Columns » Fijne zomer![]() Ha Hugo, Waarom ben je toch zo fel? Waar komt die boosheid vandaan? Je lijkt soms Louis van Gaal wel. Of is jouw pubertijd nog niet voorbij? Kijk, ik vind het niet erg dat je je tegen mij afzet, maar het lijkt me zo moeilijk voor je vrouw. Zit ze met nog een puber in huis. Zij heeft voor één kind gekozen, niet twee. Nou ja, het zullen de zenuwen wel zijn voor het WK-voetbal. Het is ook pittig om straks ineens 32 dagen non-stop voor de NOS te moeten werken. Er zijn toch alweer wat jaartjes verstreken sinds je voor het laatst met je kop op tv was. Herkennen de mensen je nog wel? En wie legt de jonge kijkertjes uit wie deze man met baard nu weer is? Als ik tijd heb ga ik naar je kijken. Maar ik beloof niks. We zien elkaar in ieder geval bij de huldiging en de grachtentocht. Mag ik dan op je nek? Ik zie namelijk nooit iets in al die drukte en ik wil een selfie maken met op de achtergrond alle spelers van het Nederlands elftal. Het volgende WK-voetbal is pas in 2018 en wordt georganiseerd door Rusland. De openingswedstrijd zal gespeeld worden in Warschau. De finale is vier weken later in Kiev. Dat heeft de Russische Voetbal Unie afgelopen week bekend gemaakt. Nee hoor, ik maak een grapje. Zo’n vaart zal het allemaal niet lopen. Poetin neemt Transnistrië nog in, maar verder komt hij niet. Geen zorgen. Het was fijn om het afgelopen jaar met je te schrijven. Ik ga je als penvriend zeker missen. Vooral als ik straks op vakantie ben – op berensafari – en noodgedwongen in de foetushouding moet gaan liggen als ik onverwachts een bruine beer tegen het lijf loop. Maar voor ik ga, begin ik eerst met een feuilleton voor deze krant over de veertigjarige Vero, een typische AD-vrouw. Iemand die voortdurend worstelt met ouder worden en de angst om er niet meer bij te horen. Misschien voor jou herkenbare thema’s. Vero is ook een vrouw die elke ochtend een kwartier eerder opstaat om vers tarwegras te persen (in een slowjuicer van 200 euro). Maar zich vervolgens door een moeder op het schoolplein laat verleiden een sigaretje mee te roken en zich hier een dag lang schuldig over voelt. Zo’n vrouw dus. Enfin, je leest het wel. Fijne zomer, Iris ![]() Lieve Iris, Nee, zenuwen voor mijn werk tijdens het WK voetbal heb ik niet. Integendeel, heel veel zin in, dat toernooi wordt hartstikke leuk om te verslaan, vooral dankzij Louis van Gaal natuurlijk, op wie ik soms lijk, daar heb je gelijk in. Soms is het er ineens. Mijn boosheid, mijn geschreeuw, mijn verontwaardiging, mijn betweterigheid, mijn moralisme. Alsof ik Van Gaals neefje ben, hè. Weet je dat ik dat heb laten uitzoeken? Of ik geen familie ben van deze Brabander, want dat is Louis van Gaal hè: een Brabo. Dat mocht ik onthullen in mijn boek. Niks Amsterdam, die Van Gaal. Zijn familie is eeuwenlang geworteld in de roomse gronden rond Heeze. Zijn achterneven waren trouwens drinkebroers. Niets is wat het lijkt, Iris. Zo heb ik Amsterdamse wortels. Het leukste vind ik dat ik afstam van Kenau Simonsdochter Hasselaer (1526-1588 of 1589), de scheepsbouwer en houthandelaar van wie het verhaal gaat dat zij tijdens de Tachtigjarige Oorlog Haarlem verdedigde door brandend stro, kokend water en gesmolten pek van de stadsmuren op de Spaanse soldaten te laten neerdalen. Haar heroïsche einde: in de buurt van Noorwegen vermoord door zeerovers. Ik ben een mevrouw tegengekomen die, als hobby, gespecialiseerd is in genealogie. Met een paar drukken op de knop bleek dat ik dezelfde stamouders heb als actrice Jenny Ariën, oud-premier Wim Kok en, jawel, Coen Moulijn. De gemeenschappelijke stamvader dateert van eeuwen geleden, maar de bloedlijn is er. Weet je waarom ik misschien ook kribbig ben? Sparta. Ik schrijf dit voor de thuiswedstrijd tegen Dordrecht. Zondag is de return. Ik ben bloednerveus, Iris. Sparta beleefde het beroerdste seizoen in 126 jaar, eventjes waren we de slechtst presterende voetbalclub van Europa,onder andere door negen thuisnederlagen op rij. Curieus genoeg zijn we beloond met een ticket voor de play-offs en ineens doen de spelers wat ze al die wedstrijden daarvoor nalieten: knokken tot ze er bij neervallen. De pest als supporter is natuurlijk: je hebt geen invloed op het eindresultaat. Wij kijken naar een slagveld en hopen, bidden en zingen om de zege af te dwingen. We durven niet te fantaseren van Feyenoord op het Kasteel, Ajax in de Arena. Dat doe ik dan ook niet. De komende dagen schijt ik peuken. Nou, meissie, wees voorzichtig in het bruine-beren-bos. Ik zal aan je denken. Hugo. AD Columns » foetushouding![]() Lieve Hugo, Zo langzamerhand komt de vakantie in zicht. Nadat Nederland wereldkampioen is geworden – en na de grachtentocht en de huldiging – stap ik meteen in het vliegtuig. Al jaren ga ik iedere zomer naar Rusland. Op de één of andere manier kom ik daar altijd ontzettend tot rust terwijl het er tegelijkertijd absoluut niet saai is. Het surrealisme is er namelijk aan de macht. Dat zorgt voor een hoop avontuur. Natuurlijk vind ik het ook vreselijk dat Poetin de duimschroeven voor de bevolking steeds verder aandraait. Afgelopen week heeft hij trouwens meer dan driehonderd journalisten onderscheiden voor hun ‘objectieve berichtgeving’ over de situatie rond Oekraïne. Over surrealisme gesproken. Maar het is voor mij geen reden om niet te gaan. Juist nu is het belangrijk om Rusland te bezoeken. Al is het alleen maar om te zien dat er ook normale mensen wonen die gewoon naar hun werk gaan, feesten en verliefd worden. Rusland is niet het Kremlin. Dit jaar ben ik van plan om vanuit Sint-Petersburg de trein naar Moermansk te nemen, richting de Witte Zee. Daar ligt de provincie Russisch Karelië. In deze streek – met overal berkenbossen, struiken vol wilde frambozen, meertjes en rivieren – schreven grote Russische schrijvers, zoals Aleksandr Koeprin, hun romans. Zomers gaat de zon er nauwelijks onder en zit je een groot deel van de nacht in de roze schemer. Verder leven er een heleboel muggen, rendieren en, jawel, bruine beren. Mijn reisorganisatie biedt dan ook een heuse berensafari aan. In de Russische brochure die ik heb ontvangen staan verschillende tips hoe je het best met een beer kunt omgaan. Als je niet onder begeleiding op berenexpeditie bent, bestaat er ook een kans dat je per ongeluk een beer tegen het lijf loopt. Wat doe je dan? Volgens de brochure moet je eerst diep ademhalen en dan, heel rustig, in foetushouding op de grond gaan liggen. Ik heb dit nu een paar keer geoefend en hoewel ik het niet graag over mezelf zeg, vind ik dat ik het erg goed kan. Zie hier het resultaat van jarenlange yogaklasjes. Vraag is natuurlijk of het me ook lukt om zo rustig te gaan liggen als ik opeens een bruinharige poot op het picknickkleed zie verschijnen. Wat zijn jouw plannen voor deze zomer? Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Ik ga eerst 32 dagen non-stop werken voor de NOS. Als Oranje na een week of twee wordt uitgeschakeld door Brazilië gaan collega Henry Schut en ik gewoon dapper door. Als Brazilië tenslotte wereldkampioen is geworden ga ik niet op berenexpeditie maar vlieg naar Portugal, het land van de grote Cristiano Ronaldo. In de Algarve ga ik tien dagen op mijn luie reet liggen met een stapel boeken binnen handbereik. Wat bezielt je toch, Iris Koppe? Heb je eindelijk weer een leuke vriend, ga je in je eentje een Russisch bos in waar het sterft van de bruine beren. En dan denken dat een bruine beer je, mocht je oog in oog met zo’n gigantisch beest komen te staan, ongemoeid laat omdat je in de foetushouding ligt. Dat doet me sterk denken aan de brochures die de overheid in de jaren vijftig verspreidde bij geval van een atoomoorlog. Je moest dan onder de tafel gaan zitten. Jij bent een mengeling van bravoure en grenzeloze naïviteit. Er gaat een onweerstaanbare charme vanuit, maar hoe eindigt jouw leven? Zijn er al niet genoeg jonge vrouwen in enge landen met uitgestrekte bosgebieden verdwenen in 2014? Ik zou je missen, Iris. Ik doe tijdens onze correspondentie wel eens lelijk tegen je, maar was sich liebt dan neckt sich. Voor de zekerheid ga ik wel op zoek naar een nieuwe duo-partner voor deze kroniek. Zeg, heb je Louis van Gaal nog op tv gezien? Toen ik onze bondscoach zo bezig zag kreeg ik veel zin in het Nederlands elftal. Op het trainingsveld was Louis veeleisend en geestdriftig, tegenover de journalisten idem dito. Het allereerste dat ie tegen de BBC zegt: ‘Dat is een domme vraag!’ Stampvoetend, borstroffelend komt hij Engeland binnen. De hork. En altijd maar het woord ‘dom’ gebruiken. Flikt hij bij Truus ook vaak, zelfs in het bijzijn van anderen, meestal als hij een borrel op heeft. Erg vernederend voor zijn vrouw. Toen ik de beelden voor de tweede keer zag moest ik aan André van Duin denken. Die zegt in mijn boek stellig dat Louis het erom doet. Van Gaal acteert, beweert Van Duin. Van Gaal neemt ons allemaal in de maling. Van Gaal provoceert constant. Maar tegen een deftige meneer (want dat is de BBC) zeggen dat ie dom is, je moet het maar durven. In Manchester, in Engeland, hebben ze er straks een attractie bij. Fijn weekend, Hugo AD Columns » Varkens knuffelen![]() Lieve Hugo, Een tijdje geleden ging ik met mijn vriend naar een boerderij waar je met varkens kunt knuffelen. Niet dat wij zijn uitgeknuffeld, maar we wilden nu eens met eigen ogen zien hoe zoiets in zijn werk gaat. Ik weet niet hoe het in jouw omgeving zit, maar hier in Amsterdam is het knuffelen van boerderijdieren een normale manier geworden om in het weekend te ontspannen. Therapie met paarden is ook populair. Ik ken mensen die van hun verlatingsangst proberen af te komen door met een paard in gesprek te gaan. Ik heb er geen oordeel over. Ik weet gewoon niet wat ik ervan moet vinden. De boerderij die ik met mijn vriend bezocht werd bevolkt door een hele hoop getraumatiseerde varkens. De meeste waren als biggetje mishandeld. Van kloppende bewegingen konden ze in paniek raken, daarom mocht je de varkens alleen met rustige ronddraaiende handen aaien. Op de hele boerderij gold de volgende gouden regel: de varkens staan boven de mensen. ‘En wat betekent dat?’ vroeg de boerin streng terwijl de bezoekers gedwee in een kring waren gaan staan. ‘Precies, dat de mensen zich dus moeten aanpassen aan de varkens.’ Ik werd meteen zenuwachtig, want hoe deed ik dat? Door zelf ook door de modder te gaan rollen? Terwijl we het weiland inliepen vroeg ik aan een andere medewerker hoe oud een varken ongeveer kon worden. Zijn antwoord: “Dat hangt er natuurlijk van af. Heb je het over Billie Bofkont, Brammetje, Brutus of Dappere Dodo? Daar moet je echt wat specifieker in zijn.” Van dit antwoord werd ik nog onzekerder. Er werd ons verteld dat een varken een mens al op 400 meter kan ruiken. Je moet ze dus heel rustig benaderen anders raakt hun reukorgaan overprikkeld. Ook hebben varkens een aura, waar je niet zomaar in kunt stappen. Hugo, of die aura ook kleuren heeft ben ik helaas vergeten te vragen. Even later gingen we naar – ik verzin dit niet – de varkensmassagesalon. In deze schuur mochten we slapende varkens volgens een bepaald protocol aanraken. En daar viel opeens alles op z’n plek en werd ik overtuigd. De grote, warme, lieve, ademende dieren in het stro ontroerden mij niet alleen maar maakten mij ook heel rustig. Het was bijna meditatief. En ja hoor, voor ik het wist lag ik lepeltje-lepeltje met een varken. Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Op een dag was de Rotterdamse journalist Jan D. Swart getuige van de onderhandelingen tussen een boer en een slager. Het ging om de jonge koe die Jans labrador altijd zo vriendelijk begroette tijdens het uitlaten. Jan, uitgerust met een briljante pen en een even briljante handelsgeest, overbood de boer met een bedrag waarvan Sparta een spits had kunnen kopen. Diezelfde avond stond Klorus, want zo noemde Jan de koe, op stal, aanvankelijk naast een paard en een pony. En daar stond zij maar. ’s Zomers was ze vaak alleen. Om haar eenzaamheid te verlichten bracht Jan haar dan naar een weiland met 93 andere koeien. Als Jan ging kijken en hard ‘Kloooorus’ riep kwam de koe in galop aanzetten met 93 soortgenoten achter haar aan. Ik heb Jan zien knuffelen met Klorus, Iris. Klorus was net een hond, ik zweer het. De tranen stonden in mijn ogen. Het beest was altijd goed geluimd, aaibaar en alleen wantrouwend ten opzichte van andere mensen, iets dat zij gemeen had met haar redder en baas. Alleen als ze honger had moest hij uitkijken. Jan is meer dan eens bijna verpletterd. Toen Jan zijn woonboerderij jaren later inruilde voor een villa dichter bij de stad had hij een serieus probleem. Het slachthuis was natuurlijk geen optie. Na een tip van Koos Postema kwam Klorus in Koeienrusthuis De Leemweg in Oldeberkoop terecht. Koeien die ruimschoots hebben voldaan aan hun melkplicht mogen daar oud worden. Er schijnen ook koeien tehuizen die het abattoir ooit onder hoogspanning zijn ontvlucht. De slager wil die beesten niet, omdat stressvlees taai is. Afijn, Jan is zijn Klorus regelmatig blijven bezoeken. Zodra Jan in Friesland verscheen, kwam Klorus op hem af en gaf haar redder en weldoener een knuffel. Klorus moet het wereldrecord herkauwen hebben verbroken, want ze is erg oud geworden. Ze stierf een natuurlijke dood. Jan ondersteunt het Koeienrusthuis nog steeds en toen hij van mij hoorde dat jij lepeltjelepeltje met varkens ligt vroeg hij of je misschien een donatie wil doen aan het Friese koeienrusthuis. Of geef jij liever aan instanties die voor mensen in nood opkomen? Tot vrijdag, Hugo AD Columns » duif in achterwiel![]() Lieve Hugo, Op Stille Zaterdag, om acht uur ‘s avonds, parkeer ik mijn auto voor mijn huis. Op het moment dat ik de motor uitzet, tikt er een motorrijder op het raampje bij de passagiersstoel. “Ben jij een dierenvriend?” vraagt hij als ik het raampje naar beneden draai. “Je hebt net bij het stoplicht een aantal duiven geraakt. Eén duif zit nog in je rechterachterwiel. Ik zou niet kijken als ik jou was, het ziet er vreselijk uit. Hij leeft nog.” “Oh nee!” antwoord ik en sla mijn hand voor m’n mond. “Nou, van die beesten zijn er gelukkig genoeg,” zegt de man. “Maar ik denk dat je een groter probleem hebt, dame. Door die duif is je achterwiel los komen te zitten. Hij zwenkt helemaal uit, levensgevaarlijk. Ik hoop niet dat je nog ver moet?” Als ik wil antwoorden dat ik voor mijn deur sta, voel ik opeens in de verte een vage onrust. “Nee, nee, ik ben al in de buurt.” De man vraagt of ik het rempedaal kan intrappen. “Gaat dat zwaarder? Ja he? Dat komt omdat hij nu nog maar op drie wielen remt.” Ik vloek binnensmonds. “Heb je gereedschap thuis? Dan geef ik die rem een paar goeie klappen en dan heb ik hem zo gefixt.” Ik draai het raampje dicht, stap uit de auto en kijk naar de man op de motor. Hij is lang en breed, zijn gezicht bijna onzichtbaar door de helm. “Ik zou echt niet dichterbij komen, de duif leeft nog steeds,” waarschuwt hij me als ik een stap naar voren zet. En dan – op het moment dat ik zeg dat ik mijn vriend ga halen om te helpen met het wiel – scheurt hij in één keer de straat uit. Verward ga ik mijn huis binnen, waar mijn vriend net de paaseieren heeft verstopt. “Er zit een duif in mijn wiel!” roep ik. En terwijl ik dit zeg, voel ik dat het niet klopt. Buiten loopt mijn vriend een paar rondjes om te auto. Niks te zien is. “Die man wilde je beroven,” zegt hij. “Gebeurt vaker bij vrouwen die alleen in de auto zitten. Een slimme truc om vervolgens bij je thuis binnen te komen.” Ik ben er stil van. Wat een geloofwaardig verhaal. Bijna was ik erin getrapt. Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Ik fantaseer soms dat iemand me wil beroven. Hij houdt een mes of een vuurwapen vast en brult dat ik mijn telefoon en mijn portemonnee moet afgeven. ‘Je kan de tyfus krijgen,’ zeg ik en loop door. Hij schreeuwt dat ik moet blijven staan, maar ik lach hem vierkant uit. ‘Schiet maar, klootzak. Durf je toch niet. Hahaha.’ In de ene versie druipt hij af. In de andere versie komt hij briesend op me af. Waarop ik hem een schop verkoop. In zijn kruis. Hij kreunt, bukt en ik loop verder. ‘Sukkel! Ga werken voor je geld, man.’ Toen ik dit laatst aan iemand vertelde die ooit onder bedreiging zijn portemonnee had afgestaan zei hij: ‘Je piept wel anders als het je overkomt.’ Uit respect ging ik er niet tegenin, maar eerlijk gezegd denk ik echt dat ik me zal verzetten als ik door één iemand word overvallen. Zeer onverstandig, dat zegt de politie ook, altijd je spullen afgeven in zo’n situatie. Dat zeg ik thuis ook altijd tegen zoonlief. Bij twee overvallers sta ik mijn eigendommen onmiddellijk af. Overtalsituatie. Maar bij één schurk verdedig ik mijn laatste tien euro met mijn leven. Ik denk dat ik iets roep als: ‘Opkankeren of ik ram je kop eraf.’ Het liefst zou ik hem helemaal in elkaar timmeren, gewoon omdat ik dat nog nooit gedaan heb en dit is een legitiem buitenkansje. Wel uitkijken dat ik de schurk niet te ernstig verwond natuurlijk, want anders moet ik een nachtje zitten wegens het gebruiken van buitensporig geweld. Vroeger fantaseerde ik van een doelpunt maken in de laatste minuut, maar sinds ik op een leeftijd ben gekomen dat het is uitgesloten dat je doelpunten maakt in de laatste minuut zijn de heroïsche fantasieën voorbij. Die overvallen man zei nog dat het heel snel gaat. Instinctief doe je wat je gezegd wordt. ‘Je leven is je liever dan je telefoon en je portemonnee.’ Nou ja, zo zal het mij dan ook wel vergaan, Iris. Ik geef de boel af, terwijl m’n hart in m’n keel bonst. Fijn weekend, Hugo AD Columns » 2 cheeseburgers & een blowjob![]() Lieve Hugo, Zo af en toe word ik gek van de gezondheidswinkels bij mij in de buurt. Amsterdam zit er vol mee, maar bij mij is de dichtheid wel erg hoog. Alles is puur, ecologisch, net van het land, van eerlijke beesten, aangelengd met siroop uit de Himalaya, bestrooid met chiazaad en gojibessen. Oh, en gekneed en geperst door kansarme boeren uit Peru die nu wél een goed leven hebben. Op zich vind ik het allemaal nobel, maar het type mens dat deze winkels aantrekt is niet bepaald sympathiek. ‘Tarwegras- stelletjes’ zijn over het algemeen arrogant. En – omdat ze de suikers van het menu geschrapt hebben – vaak een beetje humeurig. Laatst hoorde ik in de CoffeeCompany een moeder tegen haar zevenjarige dochter zeggen: “Vlinder, wil je ook worteltaart?” Ik ben weggevlucht, Hugo, en heb mijn koffie (van €3,70) laten staan. Dit kon ik mentaal niet aan. Gelukkig zitten er naast alle hippe, verantwoorde cafés in mijn omgeving ook een aantal obscure Chinese restaurants waar ik zo nu en dan uit balorigheid naar binnen stap. Zo heb je eethuis ‘De Maan’, waar sinds de jaren ’80 niets meer aan gedaan is. De gordijnen zijn sinds die tijd misschien twee keer gewassen. De menukaart achter stoffig glas vanaf buiten nauwelijks te lezen. Als ik echt genoeg heb van alle gezondheidsfreaks, maak ik een ritje met de auto naar de Mac Donalds. Ik had een tijdje de gewoonte om elke maandag met een vriendin door de Mac Drive te rijden. Als we bij de intercom stonden en een vriendelijke vrouwenstem naar onze bestelling vroeg, antwoordden we steevast: “Twee cheeseburgers en een blowjob.” “….” “Kunt u dat nog één keer herhalen?” “Twee cheeseburgers en een koffie.” “Dank voor uw bestelling.” Waarom weet ik niet, maar op de één of andere manier geniet ik er intens van om mijn eten door een autoraampje aangereikt te krijgen. Het heeft iets gezelligs en je waant je in Amerika. We hoeven hier in Nederland trouwens niet nog meer te veramerikaniseren. Zo trek ik het bijvoorbeeld slecht dat je bij de Starbucks op het Centraal Station je naam moet geven zodat ze je kunnen omroepen als je bakkie klaar is. Belachelijk, wat een onzin. Ik zeg dan trouwens altijd ‘Erwin’, wat ik vervolgens drie keer moet herhalen. Lfs, Iris ![]() Lieve Erwin, Heb ik je nooit verteld over de korte periode in mijn leven dat ik gegijzeld was door de macrobiotische maffia? Ik was 18 en mijn lichaam was een sputterende Solex. Op de markt in Gouda liep ik een kruidenvrouwtjetegen het lijf dat vijf eeuwen eerder beslist als heks op de brandstapel was geëindigd. Ik moest in Oudewater zijn, fluisterde ze. Uit haar mond kwam een walm waar je plakjes kopkaas van kon schaven. Op een briefje dat ze van de grond had geraapt, schreef ze met hanenpoten een adres. Altijd als ik thuis in een Harry Potter-film val denk ik terug aan de dag dat ik het winkeltje vond waar het kruidenvrouwtje me naartoe had gestuurd. Een hologig wezen, waarschijnlijk een vrouw, zat tegenover me. Het luisterde naar mijn verhaal over mijn haperende lichaam. Troebel keek het mens over mij heen. Toen ik zweeg rook ik kruiden die ik daarna nooit meer heb geroken. Hier moet ik mezelf corrigeren. Weet je nog dat ik bij DWDD tegenover dat veganistische moedertje zat dat weigerde te koken voor haar zoon? Die avond rook ik het bij haar ook. Het wezen uit Oudewater zette me op een dieet van gierst, groentestengels, lijnzaad en zeewier. Suiker, melk, boter, kaas en eieren waren verboden, net als vlees en vis. Ik moest zuurdesembrood eten, een homp waar je na één dag in de trommel iemand een gat mee in het hoofd kon slaan. Het hologige wezen trakteerde me bij het weggaan op ‘aardbeienkontjes’, want de rode vrucht mocht dan giftig zijn, het groene kroontje was hartstikke gezond. Met vijf kilo alternatief voer ging ik terug naar Rotterdam. Na twee weken waren mijn drollen camouflagegroen, in de galerijflat zei iemand dat ik eruit zag als een terminale patiënt, maar het ergste: alle vreugde was me ontgaan. Eten voelde als naar de tandarts gaan. Als ik een boer liet, rook het naar het olifantenverblijf in diergaarde Blijdorp, ontsnapte me een wind dan rook het naar nat hooi. Na 15 dagen bakte mijn moeder ’s middags pannenkoeken. ‘En nu ga je weer normaal eten,’ zei ze streng. ’s Avonds at ik een kogelbiefstuk. De volgende dag mocht ik naar Burger King. Eindelijk, een dag later brak er weer een lach door. Na vier dagen was ik m’n ouwe zelf. Ik was definitief mislukt als macrobioot. De vlag kon uit. Fijn weekend, Hugo AD Columns » Stephen Hawking![]() Lieve Hugo, Ken jij het genie Stephen Hawking? Deze – aan een rolstoel gekluisterde – natuurkundige komt eind mei naar Utrecht voor een lezing. Nou ja, een lezing. Hij heeft de spierziekte ALS en kan niet praten en bewegen. Er wordt daarom een vooraf ingesproken bandje opgezet terwijl hij het podium op wordt gereden. Toch is het erg bijzonder dat hij komt. Hij heeft zo’n bewogen leven gehad. Ja dat verwacht je niet – onbewogen in die rolstoel. Op de Universiteit van Oxford werd hij gezien als lui. Pas later, tijdens zijn PhD ontpopte hij zich als briljant denker en deed hij belangrijke ontdekkingen op het gebied van zwarte gaten. Op zijn twintigste, toen Hawking net ziek was geworden, kon hij alleen communiceren door middel van het aanwijzen van letters. Als zijn vrouw Jane de goede letter aanwees bewoog Hawking zijn wenkbrauwen. Later kreeg hij een computerprogramma waarmee hij woorden kon selecteren door met zijn ogen naar links of naar rechts te gaan. Hierdoor heeft hij verschillende boeken kunnen schrijven en kreeg hij talloze onderscheidingen. Ook opmerkelijk: terwijl hij doodziek was verliet hij zijn vrouw Jane en ging ervandoor met zijn vaste verpleegster Elaine. Terwijl de man van Elaine degene was die voor hem de eerste versie van zijn spraakcomputer had ontworpen. Ai, best pijnlijk. Vrouwen bleven in zijn leven erg belangrijk. Hun rol moet trouwens niet onderschat worden: achter elke grote wetenschapper staat een sterke vrouw. Ooit zag ik de documentaire ‘Big Bang widow’. Het ging over een weduwe, wier hele leven in het teken had gestaan van het oerknal-onderzoek van haar man. Hij werkte thuis en was dag en nacht bezig met theorieën over het ontstaan van het heelal. Zij bracht hem continu kopjes koffie, maakte zijn lunch en kookte het avondeten. Als hij erom vroeg ruimde ze zijn werkkamer op of haalde nieuwe schriften. Het was een fulltime job. Uiteindelijk deed hij een aantal baanbrekende ontdekkingen. Ik las laatst dat vrouwen tegenwoordig steeds vaker kostwinner zijn. Het kan dus ook gebeuren dat er een vrouw straks een grote ontdekking doet of de oerknal verklaart. Dan vind ik natuurlijk ook dat de man, die elke dag thuis braaf met pantoffeltjes en een warme hap voor haar klaar zat, in het zonnetje moet worden gezet. Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Ik lees op dit moment een boek dat al weer een tijdje uit is. In bed met een dictator van de Franse historica, journalist en schrijfster Diana Ducret is zeer de moeite waard. Ik kocht het vanwege mijn fascinatie voor Elena Ceausescu (1916-1989) over wie een lijvig hoofdstuk is geschreven. Boerendocter Elena Ceausecu had op zeker moment professor doctor ingenieur voor haar naam staan. Op zich kan dat best natuurlijk, een presidentsvrouw als Hilary Clinton bijvoorbeeld was, ís, ook niet op haar achterhoofd gevallen. Maar Elena, die was analfabeet. Dat bleek geen obstakel om eind jaren zestig een bliksemcarrière te maken in de wetenschappen, met natuur-, schei- en wiskunde als specialiteiten. Ze had briljante wetenschappelijke publicaties (waaronder ‘De stereospecifieke polymerisatie van isopreen op de stabilisatie van synthetische rubbersoorten’) op haar naam, maar het zal je niet verbazen dat het schrijfwerk was gedaan door anderen, mensen die wel geletterd waren, mensen die hun titel eerlijk hadden verworven. Maar in het buitenland trapten ze er in. Elena grossierde in buitenlandse onderscheidingen vanwege haar wetenschappelijke prestaties. Bij haar gewelddadige dood in 1989 waren het er maar liefst 74. Het zou me niets verbazen als Nederland er begin jaren ‘70 ook is ingestonken toen ze met manlief op staatsbezoek kwam. Echte cadeaus had ze ook graag. Parijse haute couture, de nieuwste Mercedes en op bezoek in Jordanië troggelde ze koning Hoessein met een huilbui een zeewaardig jacht af. Dat haar landgenoten rammelden van de honger interesseerde de Moeder van de Natie geen reet. Zij was een meedogenloze, gewetenloze vrouw die met het groter worden van haar macht achterdochtiger en gekker werd. Ze liet mensen afluisteren, ze liet mensen verdwijnen. Kerst 1989 werd ze tijdens een dubieus tribunaal ontmaskerd. Een paar uur voor haar dood vraagt de aanklager pesterig: ‘Wie schreef uw papers, Elena?’ Waarop zij in woede ontsteekt: ‘Wat een onbeschoftheid! Ik ben lid van de Academie voor Wetenschappen. U kunt deze toon niet tegen me aanslaan!’ Op internet is het schijnproces inclusief de fusillade terug te vinden. Elena gelooft niet wat er gebeuren gaat. Ze is alles kwijt, ze blijkt niet onsterfelijk. Een intrigerende geschiedenis, Iris. De andere geportretteerde vrouwen in het boek zijn die van Hitler, Mussolini, Mao, Lenin, Stalin, Salazar en Bokassa. Tot vrijdag, Hugo AD Columns » Seks tijdens het WK![]() Lieve Hugo, Ik las dat de bondscoach van het Braziliaanse elftal, Luiz Felipe Scolari, tijdens het WK-voetbal dit keer zijn spelers wel zal toestaan seks te hebben. Hij zei: “Normale seks is oké. Maar sommigen houden van acrobatiek. Dat is niet de bedoeling.” ‘Normale seks’ is rechttoe-rechtaanseks, begreep ik. Bij acrobatiek denk ik meteen aan iemand die vanaf een paard door een brandende hoepel springt, maar dat zal hij wel niet bedoelen. Tijdens het WK van 2002 verbood Scolari zijn spelers veertig dagen lang om seks te hebben, van het trainingskamp tot en met de finale. Het werkte, want Brazilië werd in Japan en Zuid-Korea voor de vijfde keer wereldkampioen. Waarom hij zijn succesformule – geen seks tijdens het WK – heeft veranderd, begrijp ik niet. Maar het roept allerlei vragen bij mij op. Wat is acrobatische seks en is dat ook een probleem bij het Nederlands elftal? Of is de Nederlandse man in tegenstelling tot een Braziliaan een dood paard in bed? Wat zegt dit over beide landen? En wat vind jij, als Van Gaal-expert: moet Louis ook korte metten maken met de acrobatiek tussen de lakens? Of is hij hier juist voorstander van? Was hij tijdens zijn gloriedagen in het voetbal zelf ook ‘lord of de rekstok’ in bed? Daarnaast vraag ik me af hoe het zit met seks in het vrouwenvoetbal en of dat tijdens toernooien ook verboden zou moeten worden. Of gelden hier weer andere regels? Laatst las ik over de borstenmasseur van Beyoncé, die zij ieder optreden bij zich heeft. Vlak voordat ze het podium opgaat, masseert deze man ongeveer tien minuten haar borsten. Hierdoor is ze opgewonden, energieker en zingt ze ook nog eens beter. Toen ik mijn verbazing hierover tegen een vriendin uitte zei ze: “Heel veel artiesten hebben een borstenmasseur. Wist je dat niet?” Hmm, blijkbaar loop ik achter. Hierna dacht ik: stel mijn vriend doet dit als bijbaantje, wat zou ik daar dan van vinden? En in welke beroepsgroepen zou een borstenmasseur nog meer tot zijn recht komen? Misschien in bepaalde delen van de ambtenarij? Of op ingedutte ministeries? Bij mensen die een powerpoint-presentatie moeten geven bij een verzekeringsmaatschappij slash verstoft re-integratiebureau? Volgens mij is er nog een wereld te winnen voor de borstenmasseur. Enfin, mijn Ajax wordt zondag kampioen. Of denk je dat het nog misgaat? Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Je schrijft ‘mijn Ajax’. 1 Gatverdamme, Koppe. 2 Je hebt niet eens een seizoenkaart. 3 Jij claimt Ajax (‘mijn Ajax’) precies in de week dat ze kampioen zullen worden. Vind ik verdacht. Vergeef me mijn achterdocht. Als supporter van een club die vanavond probeert om een einde te maken aan een reeks van zeven (!) thuisnederlagen op rij wantrouw ik supporters van clubs die wél succes hebben. Bewijs eens waarom jij het recht hebt om je Ajax toe te eigenen. Scolari heeft gelijk. Het is wetenschappelijk onderzocht. ‘Normale’ seks heeft geen slechte invloed op de sportprestatie, masturbatie ook niet. Recht-op-en-neer, het korte werk, verbruikt niet veel energie. Acrobatie wel, de kans op blessures is dan ook groter. Acrobatiek is uitsloverij, Iris. Mocht Wesley Sneijder door Louis van Gaal geselecteerd worden voor het WK in Brazilië dan kan Wes beter met Yolanthe het bed induiken dan met een Braziliaans fotomodel dat hij zojuist in de hotelbar heeft ontmoet. Met Yo is ie in tien minuutjes klaar, met het fotomodel gaat ie een nacht aan de slag. Louis van Gaal zal er straks op toezien dat de spelers van het Nederlands elftal niet naast de pot pissen. De spelersvrouwen zijn op gezette tijden van harte welkom in Brazilië; sletten, groupies en hoeren daarentegen laat hij verwijderen uit het hotel. Bij boksen schijnt het trouwens wel te werken, celibatair leven. Bep van Klaveren (1907-1992) vertelde het me ooit. Voor een bokswedstrijd ontzag hij zich, gelijk een monnik. ‘Geen seks,’ zei hij, ‘ook niet rukken, krijg ie slappe benen van.’ Bep kon het weten, want in 1928 werd hij Olympisch Kampioen boksen en dat is geen Nederlander na hem gelukt. Je zou Sparta, eh ‘mijn Sparta’ eens moeten bezoeken. Vanavond spelen we tegen Telstar. De nummer 15 van de Jupiler League tegen de nummer 18. Jij zou het niet kunnen, denk ik, voetballers aanmoedigen die zich ophouden in de marge van het profvoetbal, gewoon omdat je vindt dat een supporter recht heeft op succes. Dat is een misverstand. Daarom: de ware helden zitten op de tribune van het Kasteel. Het zijn er nog altijd 4000, Iris. 4000 getrouwen telt Sparta in deze barre, barre tijden. Vorige week zaterdag verloren we thuis met 3-2 van Fortuna Sittard en na afloop hoorde ik supporters roepen: ‘Kom op, Sparta, Kom op Sparta.’ Zó, nou jij. Fijn weekend, Hugo AD Columns » Station Sloterdijk![]() Lieve Hugo, jammer dat je niet kon helpen klussen. Mijn bed, waar ik vorige week doorheen ben gezakt, is nog steeds niet gemaakt. Mijn Oekraïense vrienden hebben daarom maar een hotelletje genomen, in de buurt van Amsterdam-Sloterdijk. Gister ging ik ze opzoeken. Ik voelde me gigantisch schuldig dat ik ze dus geen onderdak had kunnen bieden, maar ze bleken het ontzettend naar hun zin te hebben. Ik weet niet of jij als Rotterdammer wel eens in de buurt komt van Amsterdam-Sloterdijk? Nou, je wilt er nog niet dood gevonden worden. In de hotellobby, waar het stonk naar aangebrande lasagne, vertelden de Oekraïners enthousiast dat ze al behoorlijk wat wandelingen in de buurt hadden gemaakt. Even voor de duidelijkheid: er zit daar het Centraal Bureau Rijvaardigheid (ik krijg al een depressie als ik er langs rijd) en een dependance van de Belastingdienst. Verder wat onduidelijke kantoren, een winderige taxistandplaats en een Burger King. De vrouw van het Oekraïense stel vertelde dat ze vanochtend zelfs even alleen op pad was geweest. Haar man had haar met een tomtom de straat op gestuurd. Zo had ze lopend, via de autowegen, een mooi tochtje kunnen maken. Ze liet wat foto’s zien. ‘Aha ja prachtig inderdaad,’ mompelde ik en ik vroeg mijzelf af of het ooit níet regende in deze buurt. De avond ervoor hadden ze gelukkig een hapje in het centrum gegeten. Ze waren ongelooflijk onder de indruk van het zeer gastvrije Nederlandse horecapersoneel. Zo Hugo, die kunnen we in ons zak steken. Ik denk dat alleen Russen en Oost-Europeanen onze bediening een oase van vriendelijkheid vinden. Ik snap dat wel als ik eraan terugdenk hoe ik in restaurants in Kiev soms werd afgeblaft als ik naar het peper & zout-stel vroeg. Zondag vliegen de Oekraïners weer terug naar Charkov. Waar de Russische tanks op veertig meter afstand bij de grens staan. En de gevechtsvliegtuigen regelmatig overvliegen. Ze wilden het niet met zoveel woorden zeggen, maar ik zag de onrust in hun ogen. Ze weten echt niet hoe het gaat lopen. Ik had met ze te doen. Het weekje vakantie in Amsterdam was geboekt in de periode dat het nog veilig was in eigen land. Nu kwam je toch anders thuis. En opeens snapte ik precies waarom dit vreselijke hotel bij Station Sloterdijk zo’n idyllische plek voor ze was. Groeten, Iris ![]() Lieve Iris, Ik weet niet of het jou is opgevallen, maar in de buurt van Geert Wilders houdt zich soms een Marokkaan op. Die Marokkaan beschermt de politicus. Hij is daarvoor ingehuurd. Het is de enige Marokkaan die Wilders persoonlijk kent. Het is een Marokkaan met een baan, een Marokkaan die misdaad bestrijdt. Ik vind: als je ergens een stevige mening over hebt, moet je ook ervaringsdeskundige zijn. Geert Wilders weet zelf totaal niet wat er speelt op straat. Hij is jammer genoeg niet in staat een gewoon leven te leiden, hij gaat van safehouse naar safehouse en niet met de tram. Een politicus die geïsoleerd leeft, zoals hij, kan over uitwassen op straat geen ideaal, genuanceerd oordeel vellen. Ik ben een inwoner van Rotterdam. Ik kom vaak Marokkanen tegen. Geen ervan heeft me beroofd of in elkaar geslagen. Eentje beledigde mij eens. Die heb ik nog erger beledigd, met een paar enge ziektes erbij, want zo moet je dat doen met kut-Marokkaantjes. Terugschelden. Ze recht in hun ogen aankijken. Zeggen: wat wil je nou joh, ventje? Ze zijn meteen stil. Je hebt hun respect. Wat daarop volgt is een leuk gesprek. En zodra er een dialoog is, kan de wereld worden gered. Wat mij betreft: meer Marokkanen. De middenstanders onder hen zijn harde werkers, weet ik. De vrouwen zitten veel thuis en verwennen hun zoontjes, jammer genoeg. De meiden zijn nette, goede leerlingen en/of studenten. Na school, beroepsopleiding of universiteit kom je ze overal tegen. In het bedrijfsleven, in het ziekenhuis. Overal duiken ze in onze samenleving op, soms met hoofddoek, iets dat mij niet uitmaakt, een hoofddoek, sterker, wat zei Theo Maassen ook al weer? ‘Handig juist, zo’n hoofddoek. Daar kun je je sperma aan afvegen.’ Ik steek mijn kop niet in het zand: onder de verwende zoontjes zitten etterbakkies met een veel te grote trots van wie sommigen uitgroeien tot crimineel. Die mogen van mij ook opzouten, maar omdat ze een Nederlands paspoort hebben kun je ze nou eenmaal niet naar het Rif-gebergte sturen. Die suggestie doen, ’Meer of minder Marokkanen?’ dat hardop roepen, zonder het woord crimineel ervoor, dat is de provocatie voorbij. Toch, Iris? Fijn weekend, Hugo AD Columns » Porgel & Porulan![]() Lieve Hugo, Vorig jaar schreven we een keer over ‘De Avonden’. Ik heb toen allerlei Revianen beledigd door te zeggen dat ik het een vlakke roman vond. Ik zei destijds dat ik best wilde geloven dat het voor een bepaalde generatie een belangrijk boek was, maar dat ik mij die impact helemaal niet kon voorstellen. Ik zag alleen een gefrustreerde twintiger met zichzelf en zijn ouders in de knoop: Frits van Egters. Brrr. Gelukkig hoefde ik daar geen beschuitje mee te eten. Maar afgelopen dinsdag zag ik bij de VPRO de documentaire Fatsoenlijk land, waarin het beeld werd rechtgezet dat Joden zich zonder verzet naar de concentratiekampen hebben laten afvoeren. Er was wel degelijk verzet, maar soms is dat onderbelicht gebleven in de geschiedschrijving over de Tweede Wereldoorlog. Publicaties hierover zijn schaars. Een voorbeeld van zo’n verzetsgroep is de Porgel en Porulan-groep. Vernoemd naar het onzin-gedicht ‘De blauwbilgorgel’ uit 1943 van C. Buddingh. Voor als je deze klassieker even vergeten bent, de eerste strofe luidt: Ik ben de blauwbilgorgel, Mijn vader was een porgel, Mijn moeder was een porulan, Daar komen vreemde kind’ren van. Raban! Raban! Raban! De verzetsgroep Porgel en Porulan was opgezet door Jan Hemelrijk en Bob van Amerongen. Toen ik deze namen in de documentaire hoorde ging er ergens in de verte een belletje rinkelen. Toen het vervolgens ging over de belangrijkste literaire werken van de eerste jaren na de oorlog, wist ik het weer. Gerard Reve heeft in zijn klassieker der Vaderlandse Literatuur zijn personages gemodelleerd naar echte mensen, onder wie een aantal uit de Porgel en Porulan-groep. Verzetskameraad Bob van Amerongen was boekenverzamelaar Viktor Poort. Wie is daar?’ vroeg een mannestem in de spreekbuis. ‘Viktor Poort, jij grote oude hoer,’ riep Frits (van Egters), ‘kom als de donder naar beneden’. Dit zorgt toch voor een extra dimensie in De Avonden. Ik heb het hierna nog maar eens herlezen en bij deze wil ik mijn excuses aanbieden aan alle Revianen die ik vorig jaar heb beledigd door het boek ‘vlak’ te noemen. Wat me trouwens verbaast is dat verzetsheld Bob van Amerongen bekend is geworden omdat hij door Reve als personage werd opgevoerd, maar niet vanwege zijn verzetswerk. Kunnen we deze man – die op z’n negentiende al verantwoordelijk was voor het leven van tientallen ondergedoken mensen – niet alsnog een lintje geven? Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Wat grappig. Ik declameer De Blauwbilgorgel van Cees Buddingh’ vaak. Nou ja, die eerste 5 regels dan. De rest van dit gorgelrijm krijg ik niet opgediept. Dat jaagt me schrik aan, want alzheimer is alom aanwezig. Mijn moeder vertelde mij haarscherp het volgende oorlogsverhaal. Het was 1943. In de Eerste Wandeloorddwarsstraat 49 b zette mijn grootvader streng een wijsvinger tegen zijn lippen. Het was de vorsende blik die mijn moeder, toen 14 jaar, altijd op haar hoede deed zijn. Niet dat de oude Huisdens losse handjes had, maar door een wenkbrauw te laten zakken legde hij zijn hele gezin het zwijgen op. Mijn moeder had gevraagd wat dat toch altijd voor geluiden waren op de trap bij de buren? De twee kinderen van de familie Schouten, toen 4 en 6 jaar, waren immers naar het platteland verhuisd. Over wat er bij de familie Schouten precies gebeurde mocht de rest van de oorlog niet gesproken worden van mijn grootvader. De aap kwam op 5 mei 1945 uit de mouw. Nederland vierde feest. Rotterdam vierde feest. Crooswijk vierde feest. Heel de Eerste Wandeloorddwarstraat vierde feest. Marktkoopman Schouten en zijn vrouw stonden gelukzalig te lachen. In hun bijzijn een middelbare man en vrouw, de onderduikers, Joden, collega’s, want ook marktkooplui. Die ademden eens diep in: eindelijk, frisse lucht. Als mijn moeder dit verhaal heeft verteld ben ik blij met de goede afloop. Ik vraag mijn moeder of meneer en mevrouw Schouten een yad vashem-onderscheiding hebben gekregen. Dat weet ze niet. Hoe hun kinderen van hun voornaam heetten? Mijn moeder schudt het hoofd. ‘Weet ik niet.’ Ineens is het weer oorlog. Mijn moeder vertelt dat er op een avond een familielid binnenkomt met een NSB-speldje op zijn revers. Mijn grootvader zwijgt nors. Totdat de man de lof begint te zingen over Duitsland. Mijn grootvader moet het instrument van de vorsende blik te min hebben gevonden. Mijn moeder herinnert zich nog precies wat haar vader zegt tegen de NSB’er: ‘Als je nou niet gauw maakt dat je wegkomt, dan gooi ik je van de trap.’ En weg was de man. De geluiden bij de buren heeft hij die avond niet kunnen registreren. Fijn weekend, Hugo AD Columns » Mislukken![]() Lieve Hugo, We raken hier in Amsterdam verzadigd nu Ajax voor de vierde keer de landstitel heeft veroverd. Ik bedoel, het moet wel spannend blijven. Waar is de tegenstand uit de provincie? Wij Amsterdammers zijn al zo arrogant en dan lukt het ook steeds weer om kampioen te worden. Zelfs ik begin het vervelend te vinden. Er moeten meer clubs komen als PEC Zwolle, die ons zo nu en dan van onze hybris afhelpen. Soms is verliezen goed. Gister las ik de autobiografische roman ‘De kunst van het mislukken’ van Leo Verheul, waarin hij op hilarische wijze beschrijft hoe hij telkens weer – op allerlei momenten in zijn leven – in de shit terecht komt. Tijdens het lezen drong er zich één vraag steeds op: wie kan er in deze tijd nog mislukken? Vanaf de wieg tot het graf word je hier begeleid. Gaat het wat minder op school dan zijn er tientallen bijlessen waar je heen kunt. Krijg je geen baan dan is er een gigantisch sociaal vangnet. En ben je in de war dan is er vrijwel overal therapie voor. Nederland is bij uitstek een land waar je – ondanks je achtergrond of handicap – toch alle kansen krijgt om jezelf te laten slagen. De maakbaarheid is groot en als je zelf niet het juiste pad loopt dan duwt je omgeving je wel in die richting. Sterker nog, wij zitten als Nederlanders zo vastgetimmerd op het juiste pad, dat je enorm vindingrijk moet zijn om er af te raken. Het is dus eigenlijk heel erg moeilijk om te mislukken, en daarom is het boek van Verheul zo knap. In Nederland dan hè, want in een land als Kirgizië is het weer minder moeilijk. Bij de keuzes die Verheul in zijn leven krijgt voorgeschoteld maakt hij iedere keer nét de verkeerde. Dat is een talent. Hij kiest de verkeerde baantjes, de verkeerde vrouwen en een verkeerd plak cake – spacecake – waardoor hij bijna bezwijkt aan een hartaanval. Maar volgens Verheul moet een mens zichzelf niet te serieus nemen. Vanaf de sterren bekeken zijn wij zo onbeduidend. We zijn een lullige lichtflits tussen twee eeuwige duisternissen. Misschien goed als we ons dat in deze tijd van hoge verwachtingen wat meer realiseren. Mislukken kan geen kwaad. Als we maar avonturen hebben beleefd. Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Ik hecht aan wandtegeltjeswijsheden. Ze zijn een beetje kinderachtig maar kloppen altijd. Die laatste van jou, over mislukken en avonturen, daar ben ik het ook grondig mee eens. Mijn vriend Leo Verheul is er het beste voorbeeld van. Ik kijk met bewondering naar hem. Met zijn romandebuut De kunst van het mislukken zal hij vanmiddag binnenkomen in de CPNB Top 60. Ik hoop dat hij over mijn boek O, Louis heen dendert. Zoals een andere vriend, Koert, laatst zei: ‘Geven is het nieuwe nemen.’ Ja, Iris, die kan ook op een wandtegeltje. Ik ben zo trots op Leo. Hij heeft een boek over ellende geschreven waar een lezer heel vrolijk van wordt. Dat is knap. Zijn repeterende misère (hij kan zich verliezen in drank- en/of en cokegebruik, op gebied van vrouwen maakte hij verkeerde keuzes, dit alles in combinatie met een structureel gebrek aan geld) deed hem heus wanhopen, maar altijd gloorde er hoop, meende hij. Nooit gaf hij op en koesterde zijn mislukkingen. Onbegrijpelijk en bewonderenswaardig tegelijk. Het bord voor Leo’s kop helpt wel mee, denk ik, maar evenzo kan ik over hem zeggen dat hij, of hij nou bij de Voedselbank loopt of niet, onafhankelijker is dan ik. Ik ben de afgelopen week overvallen door somberte. Die gemoedstoestand heeft zich met tentharingen in mijn brein vastgezet. Ten prooi gevallen aan misantropie en opgevreten door zelfhaat voel ik me een gevangene, Iris. Misschien dat herlezing van De Kunst van het mislukken me bulderend kan laten ontsnappen. Wat ook kan: wachten. Verlossing, of iets wat daar voor doorgaat, tot nu toe is het altijd gebeurd. Maandagavond dreigde het al te gebeuren, verlossing. Sparta stond voor. De slechtst presterende club in Europa in het jaar 2014 stond na tien thuisnederlagen op rij eindelijk voor met 1-0. Nog één minuut officiële speeltijd. Ze zwoegden zo aandoenlijk, mijn Spartaantjes. Maar het tegendoelpunt viel toch. Ik was niet boos. Ik voelde alleen maar medelijden. Met ons trainertje, met onze keeper die een pingel had gestopt, maar vooral met onze gekastijde supporters, vooral die luidruchtige positivo’s in het zijvak. Tegen de trend van alle mislukkingen bleven zij á la Leo Verheul hoopvol en goedgemutst. Hoe vergeefs ook, dat deed me ontzettend goed. Tot vrijdag, Hugo AD Columns » Stemmen![]() Lieve Hugo, Wat ga jij vandaag stemmen? Leefbaar? Hier in Amsterdam houden de gemeenteraadsverkiezingen ons wel bezig. Nou ja, een beetje dan. In mijn buurt wordt in ieder geval nog steeds geflyerd. En op de markt werden er dit weekend PvdA-rozen en CDA-ballonnen uitgedeeld. Op tv heb ik genoeg politiek gezien voor het komende jaar. Wat mij erg stoorde waren de items over de zogenaamde ‘gedesillusioneerde burger’. Je hebt vast het grijze vrouwtje gezien dat boos tegen Rutte zegt: “Je lacht alles weg. En je luistert ook niet.” Mevrouw, denk ik dan, wanneer realiseren we ons dat luisteren iets anders is dan ‘doen wat ik zeg’? Nog zo’n gênant beeld. Diederik Samsom staat bij een verongelijkte dame op een scootmobiel. Ze zegt dat ze niet meer stemt omdat ze niet meer in de politiek gelooft. Wat doet Samsom? Hij gaat door zijn knieën en vraagt meelevend: “Maar vertelt u mij eens? Hoe komt dat?” Zij kijkt kwaad de andere kant op. Zullen we dat alsjeblieft niet meer doen? De politiek hoort niet voor de burger door de knieën te gaan. Daar wil je je toch ook niet door laten besturen? Het geeft me zelfs een onveilig gevoel. Ik mag van harte hopen dat de politiek niet te veel luistert naar dit soort verongelijkte vrouwen in pyjamadracht op een scootmobiel. “Ik denk dat ik nooit meer ga stemmen.” (vrouw) “Dat vind ik erg spijtig.” (Samsom) Spijtig? Fijn juist! Dan niet! Doei! Samsom moet een beetje streng zijn voor het gedesillusioneerde volk. In de tijd van Fortuyn was het prima om wat meer naar de burger te luisteren, maar het is nu veel te ver doorgeschoten. Misschien ook goed om er alvast op de basisschool in te rammen dat de politiek niet de slaaf is van de gewone man. Enfin, ik krijg deze week Oekraïense vrienden te logeren. Rechtstreeks ingevlogen vanuit Charkov. Ze hadden het midweekje lente in Amsterdam al gepland vóór al die chaos in eigen land. Het suffe is dat ik afgelopen weekend door mijn bed ben gezakt. Ik loop nu als een gek de planken te vervangen. Zal je net zien: hebben ze een revolutie en een annexatie overleefd, zakken ze bij mij door de lattenbodem en breken hun rug. Dat kan natuurlijk niet. Kan jij anders nog wat helpen klussen? Groeten, Iris ![]() Lieve Iris, Helaas heb ik twee linkerhanden. Heb ook nooit een poging gedaan om te ontdekken of ik aanleg heb voor het repareren van dingen. Was mijn band lek dan hoefde ik als kind niet met een emmertje water en van dat plakspul in de weer, ik kreeg een tientje en ging met mijn ros naar de fietsenmaker. Gaat er iets kapot of moet er iets worden opgehangen dan komt er een klusjesman. Wat die lui voor elkaar krijgen vind ik ontzettend knap. Ik ga stemmen ja, maar wie of wat weet ik niet. De stemwijzer bracht mij niet veel verder. PvdA en D66 kwam daar uit, met een nipte voorsprong op Leefbaar. Wat moet ik ermee? Ik wantrouw Hamit Karakus (PvdA), bij D66 heerst er innerlijke verdeeldheid en het gedachtegoed van de partij van de door mij gewaardeerde Joost Eerdmans is mij niet gastvrij genoeg. Eerst breng ik mijn oude moedertje naar het stembureau. Onderwijl denk ik diep na. Stem ik blanco of stem ik dit keer CDA? Als ongelovige vind ik het raar om mij te verbinden aan een christelijke partij. Eigenlijk druist het tegen mijn waarden in, gewoon omdat God een creatie van de mens is, je mag hierbij ook verzinsel invullen. Ik moet dus mijn stem uitbrengen op mensen die een partijprogramma hebben gebaseerd op een sprookje. Waarom dan toch eventueel het CDA? Omdat ik wethouder (van Onderwijs) Hugo de Jonge een van de weinige Rotterdamse politici vind die daadkrachtig is en slim en beschaafd. Maar misschien steekt hij wel zo schril af, omdat veel anderen geen niveau hebben. Bizar dat Leefbaar in mijn stad de grootste wordt en in jouw stad niet bestaat. Van Eerdmans’ gezeik over veiligheid krijg ik een sik, al helemaal omdat alle partijen daar nu een speerpunt van maken. Ik kom overal in Rotterdam en ik voel me nergens onveilig. Ik durf overal in Rotterdam te pinnen, op elk uur van de dag. Jij bent politicoloog. Wat nou als ik mijn plicht doe als democraat: ik kom opdagen maar breng een blanco stem uit. Steun ik dan toch iets of iemand? Laat even weten. Trouwens, hoe zakte je door het bed? Met zijn tweetjes zeker? Tot vrijdag, Hugo. AD Columns » Mars One![]() Lieve Hugo, Heb je wel eens van Mars One gehoord? Ik dacht eerst dat het een grap was, maar het blijkt een serieus project waar mensen de mogelijkheid krijgen om naar de planeet Mars te gaan. Er zijn momenteel selectierondes om wereldwijd de vier beste kandidaten voor de reis te kiezen. Het is de bedoeling dat zij vanaf 2023 op Mars wonen. Hierna zullen er elke twee jaar nieuwe mensen bijkomen zodat er op een gegeven moment een levensvatbare kolonie ontstaat. De ruimtereis en de aankomst op Mars zullen worden gefinancierd door middel van een Big Brother-achtige tv-show. En zo kunnen we vanaf de aarde allemaal meegenieten met het wel en wee in de raket. De geselecteerde kandidaten zullen natuurlijk wel sterven op Mars. Een terugreis – van weer twee jaar – is te duur. Maar ja, dan sta je als Mars-ganger wel in het rijtje van Columbus en Armstrong. En het gaat hier om de toekomst van de mensheid: de aarde is kwetsbaar en om te overleven zullen we ons multi-planetair moeten verspreiden. Hugo, was dit toch niet iets voor jou geweest? Misschien kun je je nog aanmelden. Niet dat ik je weg wil hebben, maar jij zou mooie stukjes kunnen tikken vanuit de cockpit. Nog leuker zou het zijn als Van Gaal dan ook mee gaat. Of is er dan al ruzie voor jullie de dampkring door zijn? En hoe zou het Van Gaal op Mars bevallen? Misschien is hij ook daar een goed leider en blijkt zijn visie zelfs multi-planetair. Het eten wordt wel een probleem, vrees ik. Op Mars bestaat het menu, vanwege het gebrek aan energie, vooral uit zwamachtige schimmels die op meelwormen en algen gekweekt zijn. Tsja. Verder heeft de planeet geen ozonlaag en magnetosfeer, waardoor je als aardbewoner permanent wordt blootgesteld aan gevaarlijke, ultraviolette straling. Het gaat zelfs door je ruimtepak heen. Daarom zal je het grootste gedeelte van de dag in ondergrondse lavatunnels moeten doorbrengen. Het klinkt eenzaam, maar vergeet niet dat je nog met drie andere mensen bent! Precies genoeg om lekker te kunnen bridgen. Ik hoorde laatst een ontroerend Russisch liedje over astronauten in de ruimte. Ze misten het geluid van de regen zo. En toen wist ik zeker dat ik zo’n reis nooit zou kunnen maken. Zonder regen lijkt me er niets meer aan. Iris ![]() AD Columns » homo-lobby![]() Lieve Hugo, Ik zag ook het egodocument ‘uitgebloeid’ van Ingeborg Beugel, over droge vagina’s, opvliegers, moodswings en hormonale behandelingen. Ik moest wel een beetje grinniken om het feit dat ze, sinds haar eierstokken overleden zijn, niet één maar twee mannen in haar leven heeft: een lieverd om mee te knuffelen en te praten en een macho voor in bed en om ruzie mee te maken. Goed geregeld, dacht ik, nu wil ik ook wel in de overgang! Het was een interessante documentaire en ik ben blij dat ik weet wat me allemaal te wachten staat. Belachelijk eigenlijk, dat er zo weinig aandacht voor dit thema in de media is. Terwijl vrijwel iedere vrouw – en dus ook man – er mee te maken krijgt. Misschien is het een goed idee om te stoppen met die buitenproportionele berichtgeving over homo’s. Ik weet niet hoe het met jou zit Hugo, maar ik begin mij er steeds meer aan te ergeren. Je kunt geen krant openslaan of het gaat weer over de schending van homo-rechten. Nog krankzinniger, laatst had deze krant op de voorpagina de tekst: “De wereld wordt steeds onvriendelijker voor homo’s.” Met daarbij een foto van een man in de Centraal Afrikaanse Republiek. ‘Hallo?!’ dacht ik, ‘weten we wel hoe vrouwen er aan toe zijn in de Centraal Afrikaanse Republiek? En wat denken we van de vrouwen die in Saudi-Arabië worden opgesloten als huisdieren? Of in Somalië en Eritrea?’ Sinds het staatsbezoek van Poetin aan Nederland op 8 april vorig jaar worden de media gegijzeld door de homo-rechten. Ik word er echt gestoord van. Vooral omdat het in geen enkele verhouding staat met de aandacht voor andere onderdrukte groepen. Een zeer klein berichtje in de kranten van deze week: ‘Een op de twintig vrouwen in Europa is verkracht.’ Moet je voorstellen dat het woord ‘vrouw’ hier vervangen zou zijn door het woord ‘homo’. Dan was het echt wel een wat groter berichtje geweest. We hebben in Nederland een te sterke homo-lobby. Vooral dat we tweede- en derde wereldlanden voortdurend op de vingers tikken over dit onderwerp, vind ik absurd. Ik snap best dat de bedoelingen goed zijn, maar dit werkt averechts. Het gaat tegen staan. Laten we ook niet vergeten hoe wij in Nederland in de jaren vijftig tegen homoseksualiteit aankeken. Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Kom rond tienen naar de achterkant van de Stadsschouwburg, ik beloof je dat ik je ongemerkt binnenloods. Je moet alleen aan niemand verklappen hoe, anders wordt het volgend jaar nog drukker op het Boekenbal. Ik, claustrofoob, zweet me altijd rot in de gangen van de Stadsschouwburg. Als je Tommy Wieringa vanavond tegen het lijf loopt moet je me een seintje geven. Heb je het AD Magazine van vorige week zaterdag gelezen, Iris? Interview van Stefan Raatgever met Wieringa. Dat gaat zo: Hebt u Gijp gelezen? ‘Ik ben er wel in begonnen, ja. Maar ik heb het aan de huisschilder gegeven, die er meer belangstelling voor had.’ Na hoeveel bladzijden? ‘Tien of vijftien.’ Wat was toen uw oordeel? ‘Dat het heel kundig is opgezet. Ik vind die Gijp wel interessant, maar ik denk dat hij gelijk had toen hij de schrijver van het werk vooraf waarschuwde dat hij geen heel boek waard was.’ Jezus, dit heeft Tommy Wieringa toch niet nodig, Iris? Hij maakt zich trouwens ongeloofwaardig, want de schrijver van Gijp, Michel van Egmond, heeft een geweldige pen. Als Wieringa Gijp helemaal had gelezen, zou hij ook tot die conclusie zijn gekomen. Kennelijk kookt de schrijver van Dit zijn de namen nog steeds van woede omdat hij met dat prachtige boek de NS Publieksprijs niet won. Johan Derksen (de uitgever van het winnende Gijp) had hem zitten pesten, hij zei dat literatuur een hobby is van ‘engnekken uit de grachtengordel.’ Wat ik me afvraag: durft Tommy het aan om zijn huisschilder het zwaardere werk mee te geven? En zo ja, trekt hij James Joyce uit zijn boekenkast of bouwt hij het langzaam op met eerst een Brusselmansje voor de huisschilder, dan een Bukowski, vier boeken verder is de huisschilder dan toe aan Coetzee en Philipp Roth. Ik ga zo Wieringa’s cadeautje Een mooie jonge vrouw lezen. Heb al twee mensen gesproken die zeggen dat het Boekenweekgeschenk steengoed is. Voor het eerst koop ik geen boek voor mijn moeder, Iris. Ze zei: ‘Doe maar niet, jongen. Het blijft niet meer hangen. Het lukt niet meer.’ Ik ga nu maar een boek kopen voor de huisschilder. Hij is homo en in de menopauze. Tot vanavond, Hugo AD Columns » Schaatsen![]() Lieve Hugo, Bij iedere medaille die we winnen moet ik een beetje huilen. Bij de eerste plak van Sven Kramer dacht ik nog dat ik vervroegd ongesteld moest worden en dat het aan hormonale schommelingen lag, maar dat blijkt niet het geval. Ook bij Sjinkie Knegt en Jorien ter Mors kreeg ik een brok in mijn keel. Naast huilen juich ik natuurlijk ook. Dat heeft een andere reden, want stel dat het WK-voetbal straks enorm tegenvalt, dan ben ik gelukkig al genoeg uit mijn plaat gegaan. Het enige minpunt is dat ik een beetje aan mijn Wennemars-tax zit. Erg sympathieke kerel, maar op een gegeven moment krijg je dat Mart Smeets-effect: hij is teveel in beeld en zegt te vaak hetzelfde. Daarbij is het nooit goed als je een presentator meer ziet dan je eigen partner. Waar ik me ook aan erger zijn de vergelijkingen met het buitenland. Oké, onze schaatsprestaties zijn inderdaad ongekend goed, maar moet dat de hele tijd door het buitenland bevestigd worden? ‘Zijn het de schaatspakken? Of zijn we gewoon geweldig?’ Je kunt geen nieuwsprogramma kijken of je ziet een analyse van een buitenlandse coach die het Nederlandse succes probeert te verklaren. Het komt natuurlijk allemaal door ons minderwaardigheidscomplex. We zijn zo’n klein land, dat we die bevestiging van het buitenland nodig hebben. Pas als ze daar onder de indruk zijn kunnen we trots zijn. Enfin, in Amsterdam kun je momenteel schaatsen in het Olympische Stadion. Ik ging op de eerste storm-dag van het jaar, met rukwinden van weet ik hoeveel kilometer per uur. Natuurlijk moest ik fanatiek doen – Sotsji inspireert enorm – dus ging ik met blote voeten in m’n schaatsen. Na drie rondjes lag ik eraf. Want laten we eerlijk zijn, eigenlijk is schaatsen een vreselijke sport. Je terroriseert je eigen onderrug en je gaat nooit diep genoeg door je knieën. Vaak word ik voorbij gereden door moeders van boven de vijfenveertig, wat erg slecht is voor mijn zelfvertrouwen. Daarnaast is er altijd wel een betweterige man die vol goede bedoelingen zegt dat je ‘teveel naar binnen staat’. Kan je de ijzers eindelijk uittrekken, dan zit er altijd wel een blaar op je hiel waardoor je zeker twee weken geen leuke pumps aankunt. Maar ja, het is folklore he? Die warme chocolademelk na afloop, daar doe je het voor. Lfs, Iris ![]() Lieve Iris, Gisteravond, rond de zalige voetbalwedstrijd Manchester City-Barcelona, hoorde ik dat Sven Kramer geen goud heeft gewonnen op de tien kilometer, net als vier jaar geleden. Moest je daar ook om huilen? Of bood het troost dat die fantastische Nederlanders goud, zilver en brons wonnen bij deze in alle uithoeken van de wereld beoefende tak van sport? Ik vind het curieus dat sportliefhebbers als ik hun bek moeten houden over langebaanschaatsen. De schaatsmedailles worden uitgedeeld alsof het waterijsjes zijn. Hoe kan dat nou? Je moet proberen altijd alles in de juiste verhoudingen te zien. Toch? Daarom bewonder ik Jorien ter Mors zo. Zij durft openlijk te zeggen dat ze haar gouden medaille die ze op de lange baan won (de 1500 meter toch, Koppe?) graag zou inruilen voor een bronzen of zilveren in het shorttrack. Vanwege de veel grotere concurrentie. Haar coach Jeroen Otter zegt het haar na. En toen kwam Rintje Ritsma uit de bocht vliegen met zijn opmerking dat Otter ‘een klap van de molen’ had gekregen. Eindelijk dacht ik eerst. Eindelijk zegt deze ontzettend saaie analyticus van de NOS iets prikkelends. Maar het was een benepen, kortzichtige, verdedigende opmerking. Wat een navelstaarder. Wat een gebrek aan onafhankelijkheid. Zat Ria Visser maar op zijn plek. Je mening over Erben Wennemars deel ik niet. Zijn geestdrift is onbetaalbaar. Die man is echt. Hij is geloofwaardig. Zijn gestotter is charmant. Wennemars is een goede side-kick, hij paart kennis aan passie en durf. Ja, hij heeft veel energie. Maar als je je taks hebt bereikt qua Wennemars dan moet je niet meer kijken, dan geef je je partner eens een beurt. Even iets heel anders. Ik zou je willen vragen om twee tv-debatjes terug te kijken. Het gaat om Hamit Karakus, in Rotterdam de lijsttrekker van de PvdA. Deze eerder in opspraak geraakte wethouder debatteerde bij Pauw & Witteman en bij Buitenhof met de voormannen van andere partijen. Ik ben nieuwsgierig wat jij, politicologe op pumps, van zijn optredens vond. De gemeenteverkiezingen komen eraan. Wat stem jij straks eigenlijk? Hartelijke groet, Hugo AD Columns » Vogelteldag![]() Lieve Hugo, Afgelopen weekend was het vogelteldag. Omdat ik in mijn eigen tuin vooral veel mollen tel, besloot ik zondag in de tuin van m’n vader de vogels te gaan turven. Van het idee alleen al werd ik een beetje nostalgisch, want hoe gezellig is het om met je vader samen in stilte vogeltjes te gaan zitten tellen. We zaten nog maar net op de plastic stoelen van het terras, toen mijn vader zijn iPhone uit zijn zak haalde. Hij opende de zogenaamde ‘tjilp-app’. Ik – behorende tot de generatie van wie het leven zich vooral online afspeelt – had nog nooit van deze app gehoord. De ‘tjilp-app’ bleek geluiden van echte vogels na te kunnen bootsen. Bijvoorbeeld van een koolmees, pimpelmees, huiszwaluw, graspieper, ekster, roodborst of een spreeuw. Je kunt dan ook nog kiezen op wat voor moment je het getsjilp van de betreffende vogel wilt horen. Tijdens de baltsvlucht? Een lokroep? Of wil je liever een vogel die andere vogels waarschuwt voor gevaar? Het geluid was helder en leek net echt. En ik was niet de enige die dat vond. Want op het moment dat mijn vader de lokroep van een merel opzette, verscheen er, ja je gelooft het niet, een merel onder de heg. De eerste vogel was geteld! Maar ja, eerlijk gezegd vond ik dit vals spelen. Wat zei de organisatie hierover? Ik wist dat ze in de statistieken rekening hielden met mensen die drie keer dezelfde vogel telden, maar wat deden ze met vogels die gelokt waren met een iPhone? Ik vond sowieso al dat mijn vader vals speelde, want hij had in de hele tuin extra voeding opgehangen, waaronder mezenbollen en vogelpindakaas. Ja, lekker makkelijk! We lieten de app nog een tijdje draaien. Voor de grap gooide ik er een sneeuwuil doorheen, maar daar werd maar matig op gereageerd. We telden vooral vinken, een merel en een roodborstje. Plotseling was het afgelopen met de pret en kwam er geen enkele vogel meer buurten. En toen opeens zag ik hem zitten: de kat van een paar huizen verder. Hij lag op zijn buik, onder de heg, met gespitste oren. De verwarring was in zijn ogen te lezen, hij hoorde zoveel vogels maar hij zag ze niet. Arm beest. Liefs, Iris ![]() Lieve Iris, Buitenkatten moeten door hun eigenaar worden uitgerust met een halsband met een belletje. Een vogel is een edel dier en verdient het niet om zinloos vermoord te worden. Katten eten Whiskas. Nooit zal ik vergeten hoe gruwelijk het tamme vogeltje van de buurman eindigde. Buurman liep ‘s zomers altijd buiten met het beestje. Terwijl hij een shaggie rookte, maakte het vogeltje een rondvlucht. Na een kwartier landde hij weer op buurmans hoofd of schouder. Als ie langer wegbleef, tuitte de buurman zijn lippen, hij floot een deuntje en ja hoor, daar was het vogeltje. Zo’n verbond tussen mens en gevleugeld dier ontroert, dat zijn aandoenlijke taferelen waaraan ook de andere bewoners van de straat gehecht raken. Op een dag had een straatkat het vogeltje te pakken. Buurman vond ‘m zwaargewond in de tuin. Het ergste was nog dat die rotkat met het onfortuinlijke vogeltje had gespeeld alsof het een bolletje wol was. De genadebeet was uitgebleven. In buurmans hand stierf het vogeltje, ik vergeet dat nooit meer. Manke Nelis was slimmer. De merel met één poot landde elke dag een paar keer op een schot dat onze tuinen scheidt. Je kon heel dicht bij hem komen. Ik hield een keer een stukje brood op een halve meter van zijn snavel, toen pas vloog ie weg, een beetje geïrriteerd, zo van: joh, laat mij nou lekker zitten. De buurman zou hem hebben kunnen pakken, maar hij deed dat niet. Op een dag was zijn hoofd 20 centimeter van Manke Nelis vandaan. Hij praatte tegen ‘m en floot wat. De merel hield zijn kopje scheef. Buurman respecteerde Manke Nelis, een makke maar wilde vogel. Ik voorzag hem van zaden, de buurman voerde hem maden uit een doosje. Als het sneeuwde of vroor hielpen we onze merel. Zodra er kraaien of eksters verschenen, joeg ik die weg. Opzouten, dat is voor Manke Nelis. De gemiddelde merel wordt twee jaar. Ik herinner me dat Manke Nelis acht, negen jaar in onze tuinen landde. Op een dag realiseerde ik me: hé, ik zie Manke Nelis nooit meer. Buurman was toen al dood. Manke Nelis is, dat weet ik bijna zeker, van ouderdom gestorven. Katten die op hem loerden, waren kansloos. Graag had ik een overlijdensadvertentie van Manke Nelis gelezen. Sommige dieren verdienen zo’n eerbetoon. Hartelijke groet, Hugo AD Columns » Sotchi![]() Lieve Hugo, Als de gelegenheid zich voordoet gaat Rutte in Sotchi met Poetin over de homo- en mensenrechten praten. Dat is natuurlijk hartstikke goed. Maar is het niet beter om over Syrië te beginnen? Er is nog steeds een gigantisch conflict tussen het Westen en de Islamitische wereld, en Rusland zou wel eens de sleutel in handen kunnen hebben voor een oplossing. Als wij vrede willen in het Midden-Oosten, dan is het heel belangrijk om Rusland, dat zowel banden heeft met Syrië als Iran, te vriend te houden. En te kijken hoe wij als vrienden ervoor kunnen zorgen dat de boel in Syrië niet verder escaleert. Want Hugo, het gaat daar echt niet goed. Alleen tegen vrienden kun je dingen zeggen die je aan het hart gaan. Een vijand luistert niet. Op het moment dat je Rusland als een vijand gaat behandelen – en bijvoorbeeld de Spelen boycot – gaat het land zich ook gedragen als een vijand. Ik ben er daarom voorstander van om een nóg grotere delegatie naar Sotchi te sturen. Het is nobel en schattig dat wij hier altijd zo in de bres springen voor de homo’s, maar zo ver is men in Rusland gewoon nog niet. Dat land heeft zolang te lijden gehad onder een tsaristische regime en daarna onder een communistische bewind. Ze moeten dat zelf uitzoeken. Geef ze de tijd en ga ze niet dwingen. Gelukkig heeft Rutte er geen moment aan gedacht om de Spelen te boycotten, zoals de Belgische premier Elio di Rupo. Jammer, want als eerste homoseksuele premier van de wereld, had juist di Rupo daar z’n neus moeten laten zien. Ik las trouwens dat België voor het laatst in 1948 op de Olympische Winterspelen in Sankt Mortiz een medaille heeft gewonnen. Ai. Misschien gaat di Rupo daarom wel niet. Ach ja, de Olympische Spelen. Hadden we nog maar die mooie oud Griekse gewoonte om tijdens de Spelen geen oorlogen te voeren. Zoals alle Griekse stadstaten zouden we dan nu onze wapens neerleggen. Van mij mag deze regel weer worden ingevoerd. Vrouwen waren overigens niet welkom tijdens de Spelen, op ongetrouwde meisjes na. Dit had alles te maken met het feit dat de deelnemende atleten naakt aan de start verschenen. Best jammer eigenlijk, dat ze de ‘naakte start’ afgeschaft hebben. Iris ![]() Dag Iris, Hoor je mijn zuchtje? Dit moment vreesde ik zo. De dag dat je over Sotchi zou beginnen. Of onze koning en onze premier wel moeten afreizen naar de Olympische Spelen, Iris, ik weet het niet. Dolgraag spreek ik me uit over een boycot ja dan nee, maar ik weet niet wat wijsheid is. Van sommige dingen mag een mens toch geen verstand hebben? Heb je het tv-programma 3Onderzoekt van de EO gezien? De verslaggever wilde Maksim Martsinkevich vinden. Ken je dit monster uit Moskou? Als tiener heulde Maksim met Adolf Hitler, tegenwoordig is deze stevige kerel homohater van beroep. Met een paar vrienden vangt hij een homo, hij geeft die jongen een rotschop en een paar klappen. Hij laat dat filmen. Maksim vraagt de jongen of hij met een ijsje voordoet hoe hij pijpt en daarna moet zo’n arme stakker onder dwang zeggen dat alle homo’s ziek zijn en dood moeten. De vernedering is nog niet compleet. Maksim gooit een bekertje urine over zijn slachtoffer heen, hij meet hem met een tondeuse een ‘omgekeerde hanenkam’ aan en geeft bij het afscheid een kniestootje waar Badr Hari jaloers op zou zijn. Hij zet het op YouTube. De EO-verslaggever kreeg deze idioot tenslotte via Skype te spreken. Hij maakte zijn slachtoffers het liefste dood, zei Maksim, maar hij heeft geen trek in gevangenisstraf. Toen hij zei dat hij vermoedt dat alle Nederlanders homo zijn werd het grappig. En ineens zag ik het, Iris. Deze beer van een vent was op de vlucht voor zijn eigen seksuele geaardheid. Op google afbeeldingen vond ik hem in ijdele poses die op onze jaarlijkse Canel Parade niet zouden misstaan. Op bijna elke foto heeft Maksim een ontbloot bovenlijf, vaak draagt hij alleen een slip. Ik zie geen vrouw bij hem in de buurt, alleen mannen. Zijn homoseksualiteit, heel tragisch, weet hij niet van zich af te schudden, maar ik weet het zeker, Iris. Maksim fantaseert ’s avonds van een iele Nederlandse jongen die hem een fles wodka in zijn reet pompt. Hij huilt van geluk. Eindelijk is hij verlost. In Moskou heeft Maksim geen leven meer, want het staat allemaal op YouTube. Premier Rutte verleent Maksim politiek asiel. Paul de Leeuw betaalt voor hem een huisje in de Jordaan en jij Iris, jij leert deze reborn Russische homo Nederlands praten. Doei, Hugo AD Columns » Nymphomaniac 2![]() Lieve Hugo, Op verzoek van jou ben ik naar het tweede deel van Nymphomaniac geweest. Tijdens de film bekroop mij hetzelfde gevoel als ik altijd heb bij de boeken van Michel Houellebecq: waarom moet ik dit zien/lezen? Dat het leven slecht en verdorven is, weet ik al. Been there, done that. Kom eens met iets nieuws. Waarom zou ik op een mooie winterse middag naar een film gaan zitten kijken waar hoofdpersoon Joe zoveel seks heeft dat ze gevoelloos is geworden? En waarna ze vervolgens op zoek gaat naar extremere vormen om weer wat te voelen; zoals afpersing en seks als zelfmutilatie? Het maakt me niet uit dat de film aan elkaar hangt van onvolledige verhaallijnen, oppervlakkige personages en – dit was wel het meest pathetische – het herbarium van de overleden papa van Joe. Maar ik vraag me gewoon af wie hier geïnteresseerd in is? Nog een voorbeeld, Arnon Grunberg. Geweldig schrijver, stilistisch briljant, maar ik lees nooit meer een roman van hem. Ik kan niet tegen die zwartgalligheid van de personages. Nergens een sprankje hoop, nergens wat medelijden of ontroering. Nee hoor, alleen maar duisternis. Gelukkig is dat epos van Von Trier nu weer achter de rug en kunnen we door naar de volgende hype: het nieuwe boek van Haruki Murakami – De kleurloze Tsukuru Tazaki en zijn pelgrimsjaren. Afgelopen zaterdag zat ik bij een lezing over de Japanse bestseller auteur. En Hugo, deze man intrigeert mij echt. Murakami staat elke ochtend om vier uur op. Dan gaat hij vijf uur lang schrijven en daarna zwemmen. Hij meent dat schrijven gelijk staat aan topsport en dat hij daarom zijn 65-jarig lichaam in goede conditie moet houden. Hierna gaat hij eten en om negen uur duikt hij zijn bed in. Door dit strakke schema geeft hij weinig interviews en ook een sociaal leven heeft hij niet meer. In een interview zei hij eens dat hij vaak in vriendschappen teleurgesteld is – ook het thema van veel van zijn boeken trouwens – en dat hij er niet meer aan begint. Nu zou het ook niet meer kunnen, want vrienden passen vrijwel niet in zijn schrijfschema. Saaie boel hoor, maar ja, wel een goeie schrijver. Toch zou ik niet met die man getrouwd willen zijn. Kan natuurlijk ook niet, want ik pas al helemaal niet in dat schema. Lfs, Iris ![]() Hé Iris, Jij hebt vast ook nooit van W.F. Hermans gehouden? Laat me raden: veel te cynisch. Zojuist heb je Lars von Trier, Michel Houellebecq en Arnon Grunberg in de vuilcontainer gegooid. Is dat lef of angst, vraag ik me af? Of toch gemakzucht? ‘Waarom moet ik dit zien/lezen?’ Dat schrijf je me. Je moet helemaal niks, Iris. We doen voor jou volgende keer gewoon Verliefd op Ibiza, je mag ook al mijn Suske & Wiskes hebben. Kom eens met iets nieuws, verzucht je. Die vind ik geestig. Alle literatuur (films) gaat over hetzelfde. Liefde, dood, het menselijk tekort, schuld, identiteit, geldingsdrang, macht, geloof, hoop. Als jij een nieuwe gemene deler weet, ben je als schrijver multimiljonair. Jij houdt van luchtigheid. Ik snap dat wel. Ik herken het vluchtgedrag. Heb ik ook. Maar af en toe moet het, Iris. Even afdalen naar de stinkende stegen van de menselijke ziel. Ik denk als kijker of lezer dan altijd: gelukkig ben ik hem/haar niet. Regisseur Lars von Trier durft tenminste. Ik vind zijn film over de seksuele outcast Joe geslaagd. Omdat Nymphomaniac beklijft. Het is een flinke tijd geleden dat een film zo lang bij me bleef. Ik wilde de lotgevallen van de hoofdrolspeelster net van me afschudden, maar dat lukte nog niet. Von Trier is een man vol angsten en gekten. Met zijn films onderzoekt hij zijn onrustige natuur. Jij wilt daar niks mee te maken hebben. Ik denk dat jij Freud ook niks vindt. Psychotherapie haalt de boel maar overhoop. Over gek gesproken. Ik ben net begonnen met het herlezen van Bukowski’s Kind onder de kannibalen. Bij de nieuwe vertaling schrijf ik een voorwoord. Heb jij wat met die schrijver, Iris? Of is dat ook al te confronterend? Hij was een mafkees eerste klas, zeker. Er bestaat een docu waarin hij zijn vriendin een paar klappen verkoopt. Je kunt het op YouTube vinden. Je weet echt niet wat je ziet. Ik zal niet beweren dat zulk geweld geoorloofd is omdat zijn verhalen zo goed en aangrijpend zijn. Hoewel. Hartelijks, Hugo AD Columns » Reeperbahn![]() Lieve Hugo, Door onze correspondentie over de film Nymphomaniac moest ik denken aan het reisje dat ik vlak voor Oud&Nieuw maakte naar Hamburg. Ik was overgehaald door een vriendin, die meende dat deze Duitse stad tegenwoordig erg hip en trendy was. Maar al meteen na aankomst voelde ik iets dat ik wel vaker voel bij havensteden: er hing iets onbestemds in de lucht. Daags van tevoren had ik van verschillende kanten de vraag gekregen of ik ‘De Reeperbahn’ zou gaan bezoeken. Ik had dit woord nog nooit gehoord, maar het bleek een 930 meter lange straat vol erotische nachtclubs en tippel- en raamprostitutie. Volgens mijn reisgids was er ook een zijstraatje waar geen vrouwen mochten komen. Maar toch was de Reeperbahn, volgens ditzelfde gidsje, ook een must see voor vrouwen! M’n vriendin en ik besloten een kijkje te gaan nemen. Een taxi zette ons af aan het begin van de straat en we vielen meteen met onze neus in de boter. Vlak voor ons werd een bewusteloze man op een brancard uit een erotische dancing gedragen. We liepen er met een boogje omheen terwijl er ondertussen aan onze jas werd getrokken of we alsjeblieft een discotheek binnen wilden komen. “Vrouwen gratis,” riep een man, “inclusief twee drankjes!” Het was behoorlijk druk op de Reeperbahn met veel slenterend publiek en af en toe, midden op de stoep, een zwerver op een stuk karton. In de verte was het aanhoudende geluid van sirenes te horen. De erotische barretjes met knipperende neonverlichting werden afgewisseld met fastfoodrestaurants. Daarboven dichtgetimmerde ramen. Het deed op de één of andere manier allemaal erg jaren zeventig aan. Ik probeerde een naderend gevoel van droefheid tegen te houden, maar er was geen ontkomen aan. We vluchtten een zijstraat in en gingen bij een Italiaans restaurant naar binnen. Gerecht van de dag: pizza maffia. Bedekt met dertig stukjes pittige salami. Natuurlijk namen we die. Hierna liepen we nog een laatste rondje door de buurt. Het was inmiddels gaan regenen en we besloten een taxi terug naar het hotel te nemen. Net toen we warm op de achterbank zaten, arriveerde er vier politiebusjes. Er sprongen tientallen agenten uit. “Opstootjes zijn hier elke avond,” stelde de taxichauffeur ons gerust. Voorlopig sla ik havensteden even over. Behalve als jij me weer eens uitnodigt om naar Rotterdam te komen natuurlijk. Iris ![]() Lieve Iris, Een havenstad is pas een echte havenstad als er een Reeperbahn’ te vinden is. Rotterdam had begin 20ste eeuw de Zandstraat, een buurtje dat door de vader van de pas overleden acteur Cees Brusse op sublieme wijze is beschreven. Probeer via een antiquariaat zijn boek Het rosse leven en sterven van de Zandstraat op de kop te tikken, journalistiek van de bovenste plank, fascinerend ooggetuigenverslagen en interviews met hoeren, hoerenmadammen en rapaille. M.J. Brusse, naar hem is nog altijd een journalistieke prijs vernoemd, was een icoon. Op de plek van de Zandstraat staat nu het Stadhuis waar het college van b & w en de gemeenteraad zetelt. Toen de Zandstraat plat ging, verhuisden de hoeren en al het schorriemorrie naar de Schiedamschedijk. Goh, wat zou ik nu graag mijn opa spreken. Hij werkte tussen 1920 en 1958 bij de kinder- en zedenpolitie en wist alles van die buurt. Maar ik was pas 10 jaar toen hij stierf, alle rijke Rotterdamse verhalen liggen in zijn graf. En dan hebben we nog Katendrecht, van oudsher the place to be voor zeelieden aller landen. Een jaar of veertig geleden besloot de Rotterdamse politiek dat de prostitutie daar moest verdwijnen en na een harde, lange strijd gebeurde dat ook. Katendrecht is nu een gezellige, veilige en hippe buurt. Ik kan je restaurant C.E.O aanbevelen of theater Walhalla en mocht je de aanvechting voelen, Tattoo Bob wil je huid graag versieren. Misschien vind je er een verdwaalde hoer, meer niet. Rotterdam is onvolledig. De echte havens liggen ver weg en hier geen Wallen, geen Reeperbahn’. Het scheelt de lokale overheid en politie een hoop criminaliteit, maar het scheelt ons Rotterdammers een hoop leven in de brouwerij. Je nodigt jezelf uit om naar Rotterdam te komen. Je bent hier altijd welkom, maar hoeren heb ik dus niet voor je in de aanbieding. Of we moeten naar White’s aan de Westzeedijk gaan. Geen idee hoe het valt als ik een vrouw meeneem. We kunnen het een keer proberen natuurlijk. Hartelijks, Hugo |
|
|